![](https://www.pilootenvliegtuig.nl/wp-content/uploads/2024/10/F-34-KLu-230x153.jpg)
LEEUWARDEN – Tijdens de laatste fase van de Weapon Instructor Course (WIC) voeren 29 internationale cursisten de komende twee weken grootschalige luchtgevechten uit boven land en zee. Er wordt gevlogen vanaf Vliegbasis Leeuwarden, zowel overdag als in de avonduren.
Binnen de WIC komen zes disciplines samen. Onder de deelnemers bevinden zich vliegers met F-35’s, met F-16’s en de onbemande MQ-9 Reaper. Daarnaast nemen sensoroperators, Patriot-operators, inlichtingenofficieren en Air Battle Managers aan de oefening deel. Het grootste deel van de opleiding vond plaats in Nederland, de rest in Noorwegen.
Tijdens de eindoefening draait het om ‘Large Force Employment’. Dit houdt de planning en inzet in van ongeveer dertig vliegtuigen. Die stijgen vervolgens een voor een op. Het ene deel om aan te vallen, het andere om de vijand gesimuleerd uit de lucht te schieten.
De wapeninstructeurs in opleiding uit België, Nederland en Noorwegen passen hierbij alle geleerde vaardigheden toe. Zij begonnen in mei 2024 aan het hoog aangeschreven opleidingsprogramma tot wapeninstructeur. Het gaat om vliegers en (onder)officieren uit andere disciplines.
De komende twee weken wordt vooral boven zee gevlogen, maar het is ook noodzakelijk om tijdens duisternis boven land te vliegen. De vliegers maken hierbij gebruik van de militaire vlieggebieden boven Drenthe, Friesland, Noord-Brabant en Overijssel. Zij worden tijdens deze vluchten vanuit Leeuwarden ondersteund door luchtgevechtsleiders. De vluchten worden van maandag tot en met donderdag uitgevoerd tot uiterlijk 22.30 uur en op vrijdag alleen overdag.
Oefenen bij duisternis is noodzakelijk om zowel vliegers als grondpersoneel optimaal voor te bereiden op hun taak. Dat kan zowel in Nederland zijn als in uitzendgebieden wereldwijd. Als het echt tot inzet van Nederlandse gevechtsvliegtuigen komt, dan gebeurt dat vaak in het donker. De vroeg invallende duisternis in de wintermaanden maakt het mogelijk dit te oefenen.
Bron: Ministerie van Defensie